Waarom een CI/CD pipeline voor WordPress en Laravel onmisbaar is
Een moderne WordPress of Laravel site ontwikkel je niet meer rechtstreeks op productie. Door een CI/CD pipeline in te richten, automatiseer je het testen, bouwen en deployen van je applicatie. Dat zorgt voor minder menselijke fouten, snellere releases en een beter voorspelbare workflow. Zeker wanneer je site draait op professionele hosting of een Cloud VPS, wil je dat elke wijziging gecontroleerd en veilig live gaat.
Met een goede pipeline kun je na elke commit automatisch je code testen, assets bouwen en vervolgens deployen naar een staging- of productieomgeving. Dit sluit naadloos aan op best practices rond backups, versiebeheer en beveiliging, waar we in andere blogs bij PC Patrol al vaker op in zijn gegaan.
Belangrijke bouwstenen van een CI/CD pipeline
Broncodebeheer en branching strategie
De basis van elke CI/CD pipeline is een git-repository, bijvoorbeeld op GitHub, GitLab of Bitbucket. Werk bij voorkeur met een duidelijke branching strategie, zoals main voor productie, develop voor nieuwe features en feature branches per wijziging. Zo houd je overzicht en kun je releases gecontroleerd plannen.
Voor WordPress-projecten betekent dit dat je thema, child theme en eventuele custom plugins in git staan. Voor Laravel is het eenvoudiger: de hele applicatie gaat in de repository, inclusief configuratie-templates en deployment-scripts.
Build- en teststappen inrichten
In de CI-fase laat je op elke push automatisch scripts draaien. Voor WordPress kunnen dat bijvoorbeeld PHP CodeSniffer checks zijn voor coding standards, of unit tests als je veel custom code hebt geschreven. Voor Laravel is een vendor install met Composer, gevolgd door phpunit-tests, meestal de standaard.
Daarnaast bouw je in deze fase vaak je frontend-assets. Denk aan npm of Yarn scripts voor het bundelen en minifyen van CSS en JavaScript. De output van deze stap vormt het pakket dat later gedeployed wordt.
Automatisch deployen naar WordPress of Laravel hosting
Deploystrategie voor WordPress
Bij WordPress is het belangrijk om code en content strikt te scheiden. De CI/CD pipeline deployt alleen de code: thema’s, child thema’s en custom plugins. Uploads, database en configuratiebestanden blijven op de server. Vaak wordt gebruikgemaakt van rsync of SFTP in combinatie met een deploy key om wijzigingen veilig over te zetten.
In een eerdere blog over waarom een staging omgeving onmisbaar is voor veilige WordPress updates lieten we al zien hoe waardevol een testomgeving is. Je CI/CD pipeline kan eerst naar staging deployen, waarna je na controle met één handeling doorzet naar productie.
Deploystrategie voor Laravel
Bij Laravel wordt vaak gebruikgemaakt van atomic deployments. De pipeline zet elke nieuwe release in een aparte map, voert composer install en eventuele migraties uit, en schakelt daarna de symlink naar de nieuwe release om. Hierdoor blijft downtime minimaal en kun je bij problemen snel terugrollen naar de vorige versie.
Voor omgevingsvariabelen maak je gebruik van een .env-bestand dat niet in git staat. De CI/CD pipeline hoeft alleen de applicatie en eventuele build-artifacts te deployen. Het is verstandig om database-migraties pas in de laatste stap te draaien, zodat je zeker weet dat alle voorgaande processen succesvol zijn afgerond.
CI/CD combineren met managed hosting en security
De rol van hosting en beheer
Een goed ingerichte CI/CD pipeline komt pas echt tot zijn recht op stabiele en veilige hosting. Bij oplossingen zoals managed webhosting wordt de onderliggende infrastructuur, monitoring en beveiliging voor je geregeld. Zo kun je je volledig richten op de deployment-logica en kwaliteit van je code.
Door CI/CD te combineren met staging, backups en beveiligingsmaatregelen creëer je een robuuste ontwikkelstraat. Elke wijziging wordt herhaalbaar, testbaar en traceerbaar. Dat resulteert in minder incidenten, snellere iteraties en een professionelere online aanwezigheid voor je WordPress of Laravel project.